We zijn begonnen met de leskaart "Tekst Kleuren" waarbij een vaste tekst op 2 verschillende manieren gespeeld moet worden. Theorie:
Claus, subtekst, binnentaal, kleuren van tekst, conflict.
Welke tekst hadden jullie?
voeg een (link naar de) foto van je werkblad
Claus:
Aaneengesloten stuk tekst van een personage, als iemand anders begint te spreken begint er een nieuwe claus.
Subtekst:
wat je personage bedoeld als deze een tekst zegt.
(bijvoorbeeld: 'wat zit je har leuk' terwijl je eigenlijk zegt 'wat zie jij er raar uit' )
Binnentaal:
wat je personage denkt bij de tekst of handeling van andere personages (of zichzelf)
Kleuren van tekst:
Dit doe je met een emotie
conflict:
de één wil dit, de ander dat, dat kan niet allebei. Conflicterende wil.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten