Blok 3, laatste les. Interview met een STER..

Deze les hebben jullie allemaal een beroemdheid gespeeld.


Als je een interview geeft terwijl je een rol speelt heet dit een 'RolInterview'. Dit gebruik je om een rol te onderzoeken/beter te maken (als je in je rol vragen beantwoordt kom je op andere, betere antwoorden dan als je ze bedenkt) of om je rol beter te kunnen spelen



Ik speelde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Ik gaf een interview in mijn rol  met de fysieke en stem-transformatie (rolinterview).
Wat mij vooral opviel was mijn antwoord op de vraag wat
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Ik zei  . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .


Daarna hebben sommige groepjes hun interview gepresenteerd. 



Een goed tip van de nabespreking vond ik

 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .



Ik heb zelf de vragen gesteld voor het programma/blad
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Blok 4, les 1: De Auditie

Deze les hebben jullie in een groep van 3 helemaal zelf een rol gemaakt.
Jullie gingen met zijn drieën dezelfde rol spelen.
Bij het maken van jullie rol had iedereen een eigen verantwoordelijkheid:
Èèn was verantwoordelijk voor de fysieke transformatie, de ander voor de stemtransformatie en de derde voor de achtergrond / invulling van het personage.


Aan het eind van de les hebben jullie alle drie tegelijk hetzelfde personage gespeeld/laten zien.



Mijn personage heet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . , is  . . . . .jaar oud
Heeft als beroep . . . . . . . . . . . . . . . . . en als hobby . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
heeft als bijzondere kenmerken
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .

Ik was verantwoordelijk voor de Fysieke transformatie/stem-transformatie/ geschiedenis achtergrond, leefsituatie relaties & voorkeuren.



Voeg hier een foto toe van iemand die op je personage lijkt, of van jezelf als je personage

Blok 4 les 2: Auditie Spangaz

 

 

 

 

 

 

Je gaat auditie doen voor de TV-serie “ Spangaz”.

Daarvoor ga je een rol ontwerpen en oefenen.  

Je hebt de keuze uit 4 rollen:

 

1. De iets criminele drop-out die een nieuwe kans krijgt

2. De slimme, onhandige leerling

3. De té sociale leerling, let op te veel maar niet op zichzelf

4. De op een andere school gepeste leerling die een nieuwe start maakt.

 

(1)Je bedenkt de basisgegevens van je rol, (2) daarna bedenk je/probeer de stemtransformatie(a), fysieke transformatie (b) en de andere gegevens van de rol(c). Als je taak  hebt bedacht, leer je dat aan de andere twee. Tenslotte doe je auditie voor de rol : met 3 mensen die de andere rollen hebben krijg je een improvisatie-opdracht

 

1. Basisgegevens van de rol

Ik speel 1/2/3/4 (naam) :                  Achternaam:

Leeftijd:                      Klas:              beste vak:

slechtste vak :                           Hobby’s:

 

 

1. Mijn rol-ontwerp : 

1. Stemtransformatie (Hoe klinkt je stem anders als je je rol speelt)
    
   1: volume/tempo:
    
    
   2: toonhoogte/ritme/melodie:
    
    
   3: Klank/ademhaling:
    
    
   4: accent/dialect/spraakgebrek:
    
    
   5: De zin die je vaak zegt:
    
    
    
   b.  Fysieke transformatie
    
   1: sta-houding:
    
    
   2: zit-houding:
    
    
   3: manier van lopen:
    
    
   4: manier van bewegen:
    
    
   5: een gebaar dat je vaak maakt (vuile beweging):
    
    
    
   c.  Inleving
   1: waar geboren & wat voor gezin
   
   
    
   
   
    

2: wat voor huis/adres

 

 

3: Hobby’s en belangstelling voor

 

 

4: wat voor kleren

 

 

5: favoriete muziek/eten/drinken, andere bijzonderheden

 

 

 

 

1. De auditie
   Alle kinderen met dezelfde soort rol zitten in één hoek van het lokaal
   Je stelt je eerst voor in je rol. Dan krijg je een improvisatie-opdracht .
   Het publiek kiest de leerling die een rol het best heeft gedaan.
   De winnaars zouden eigenlijk auditie moeten doen bij de TV-serie.

Blok 4 les 3: soorten rollen: Type

Er zijn 2 soorten rollen: 


1. personage:  een uitgebreide rol met geschiedenis, beweegredenen, manieren van doen, familie, adres, soort huis, berope, hobby'[s enzovoort. Je doet echt een onderzoek naar een ril


2. Type: een duidelijke rol van iemand die model staat voor een hele groep


Vaak een beroep of een relatie (vader/moeder/ oom/ tante/ puber)  met een emotie en een manier van oen, bijvoorbeeld DE gestresste, overbezorgde moeder

Blok 4, les 4: ontwerp je personage (of Razensnelle Rolinterviews)

Sommige klassen hebben een "speed-date" gedaan.
Deze opdracht is eigenlijk voor de tweede klas, dus daar gaan we niet mee verder.



Andere klassen zijn begonnen met het maken van een personage op hun One-Note:

Je ontwerpt een personage dat woont in Almere Poort en ouder is dan 12 jaar. Voor de rest ben je vrij in wat je gaat bedenken, maken en spelen!

Iedereen maakt een beschrijving van het eigen personage, doet er een foto bij van jezelf in je rol, beschrijft een dag uit het leven van je personage (een soort dagboek) en tenslotte komt er een filmpje van een scène waarin jouw personage samenspeelt met è`n of meer andere personages uit de klas.

Deze week moet de rol-beschrijving af zijn. (dit voorbeeld vind je ook op SomToday)

Ook moet je een foto van jezelf in je rol op de klasse OneNote plaatsen.


Hier zie je een foto van je drama-docent als scheikundig-onderzoeker:

De volgende les (blok 5, les 1) moet de beschrijving van je dag klaar zijn (soort dagboek-bladzijde of blog)

De les daarna Blok 5, les 2) presenteer je het filmpje (Vlog) wat je hebt gemaakt met klasgenoten of jullie spelen jullie scène "live" in de les.

Klas 1, trimester 2 Blok 4, De opbouw van een stuk)

In deze les gaan we kijken hoe de opbouw van een scène / stuk / presentatie in elkaar zit. Daarom hebben we gekeken naar een aflevering van de serie: "Gebakken Mannetjes" over

"de Kleine Indiaan" :

óf over "Narcissus"`:

Of :"Midas":

Hierin konden jullie duidelijk de opbouw van een stuk zien.
de 4 delen zijn:  - Expositie (de beginsituatie: Waar, Wanneer, Wie [Wat], )
                          - Ontwikkeling (van het conflict; Wat [Waarom])
                          - Hoogtepunt (conflict wordt "opgelost"; Waarom)
                          - Afronding (de eindsituatie)


Als je de Havo doet moet je ook weten wat het Motorisch Moment is en
het "aha"moment (= de katharsis= lautering, de "moraal")

Jullie hebben een korte scène met de goede opbouw gemaakt.

Daarna hebben jullie je scène gepresenteerd.

Trimester 3, blok 5, les 1 en 2.

In deze les heb je je rol afgemaakt.


In je OneNote  maak je een nieuwe pagina die je 'Rol Almere Poort' noemt.


Daarin stop je alles wat bij je rol hoort dus:


-rolbeschrijving (downloaden van One-Note-opdrachtbibliotheek)


-selfie van jezelf in je rol       je kan jezelf mooier maken bijvoorbeeld op www.makeovr.com
                                               of ouder op www.makeovr.com/agetell


een voorbeeld hiervan zie je hier:

 

-Foto's van je kleding, huis, auto, boot, huisdier(-en), vakantieadres, van je werk, en je familie

Als dit af is kan je met 2, 3 of 4 andere leerlingen om een stukje te bedenken.

Dit stukje (3, 4 of 5 minuten)  mag je in 5de les presenteren of de film ervan laten zien.

Blok 5, les 4: Tekst, subtekst, binnentaal en claus

We  zijn begonnen met de leskaart "Tekst Kleuren" waarbij een vaste tekst op 2 verschillende manieren gespeeld moet worden. Theorie:
Claus, subtekst, binnentaal, kleuren van tekst, conflict.
Welke tekst hadden jullie?

voeg een (link naar de)  foto van je werkblad


Claus: 
Aaneengesloten stuk tekst van een personage, als iemand anders begint te spreken begint er een nieuwe claus.


Subtekst: 
wat je personage bedoeld als deze een tekst zegt.
(bijvoorbeeld: 'wat zit je har leuk' terwijl je eigenlijk zegt 'wat zie jij er raar uit' )


Binnentaal: 
wat je personage denkt bij de tekst of handeling van andere personages (of zichzelf)


Kleuren van tekst:
Dit doe je met een emotie


conflict:
de één wil dit, de ander dat, dat kan niet allebei. Conflicterende wil.

Blok 4, les 6: Reflectie "Rollen en Taken"

Op basis van je Blog ga je reflecteren  op je rollen en je taken bij drama.

Klas 2, Blok 5, *(trimester 1, periode 2 / trimester 3, periode 1les 1 & 2 Herhalingsopdracht 1

Deze les was voor Herhalingsopdracht 1:

"Pesten in de Mediatheek"

Jullie hebben op basis van een plaats (de mediatheek)m  tijd (2 minuten vóór sluitingstijd)  en 4 rollen (voor elke rol verplichte aanwijzingen voor de fysieke en stemtransformatie) de opdracht om een "pest-scène" te bedenken (wie wordt gepest en waarmee/hoe), te oefenen (tableau en "Mise-en-Scène") en uit te voeren.
Om daarbij te helpen kregen jullie een werkblad.
De presentatie telt voor 2/3,  het werkblad voor 1/3  van de beoordeling.

Omdat niet alle groepjes in deze les kunnen presenteren, gaan volgende week de andere groepen presenteren èn maakt iedereen het werkblad af.